Het fonds heeft in mei een positief rendement behaald, zowel in absolute als relatieve zin.
We profiteerden van onze belangrijkste beleggingsthema's, zowel in het investment-grade- als in het high-yield-segment, die gericht zijn op sectoren als financiële instellingen en energie, op onze specifieke overtuigingen en onze herstructureringseffecten.
Tot slot bleven ook onze door bedrijfsleningen gedekte obligaties (collateralized loan obligations – CLO's) het goed doen.
We blijven ons richten op onze belangrijkste beleggingsthema's via een selectie van hoogrentende obligaties in bijvoorbeeld de sectoren energie en financiële instellingen, en van CLO's.
Bovendien hebben we in dit volatiele klimaat onze afdekkingsstrategieën op de markten gehandhaafd op ruim 20% om de portefeuille te beschermen tegen het risico van verdere marktverstoringen, terwijl we ons richten op het genereren van alfa.
Na jaren van lage wanbetalingspercentages als gevolg van de overvloedige liquiditeiten en lage kapitaalkosten, zal dit percentage waarschijnlijk weer naar een normaler niveau stijgen. Dat zou volgens ons het ontstaan van reële idiosyncratische kansen in de hand moeten werken.
Tot slot zullen de hoge carry van de portefeuille (meer dan 7%) en de aantrekkelijke waarderingen van bedrijfsobligaties de volatiliteit op korte termijn beperken en een interessant rendement opleveren op middellange en lange termijn.
Europa | 69.7 % |
Noord-Amerika | 11.5 % |
Latijns-Amerika | 8.9 % |
Azië | 4.2 % |
Oost-Europa | 3.4 % |
Midden-Oosten | 1.8 % |
Afrika | 1.5 % |
Azië / Pacific | 0.3 % |
Total % of bonds | 101.2 % |
Marktomgeving
In mei zijn in de VS de eerste tekenen van een normalisatie van de bedrijvigheid opgedoken. De detailhandelsverkopen lieten een verrassende daling zien en ook de arbeidsmarkt gaf signalen af die op een normalisatie wezen.
Ondanks de licht dalende inflatiecijfers hielden de leden van de Federal Reserve de afgelopen maand vast aan hun voorzichtige discours.
In de eurozone ging de trend de andere kant op: na de verbetering in de bbp-cijfers over het eerste kwartaal kwamen er meer tekenen die wezen op een herstel van de bedrijvigheid, waaronder een stijging van de samengestelde PMI-index.
Deze dynamiek kwam ook tot uiting in de inflatiecijfers, die in mei weer zijn gestegen tot 2,6%, tegenover 2,4% in april.
Door deze scheefgroei is de druk op de Amerikaanse rente fors afgenomen. Zo daalde de tienjaarsrente in de loop van de maand met 18 bp, terwijl in de eurozone juist sprake was van een opwaartse trend.
Bedrijfsobligaties profiteerden echter van een grotere risicobereidheid, zoals blijkt uit de kredietspreads van de iTraxx Xover-index, die de afgelopen maand met 22 bp verkrapten.